Fabrikanten en groothandels moeten vanaf 1 juli 2022 niet een ijzeren voorraad van vijf maanden aanhouden, maar van tweeënhalve maand. Dat heeft demissionair staatssecretaris Blokhuis (VWS) besloten. In een Kamerbrief schrijft hij dat de eerder voorgestelde voorraadverplichting van vijf maanden sterk afwijkt van de aanpak in andere Europese landen. De Europese Commissie heeft zich kritisch uitgesproken over te omvangrijke nationale ijzeren voorraden. Een rapport van onderzoeksbureau Gupta uit 2019 laat zien dat een voorraad van tweeënhalve maand ongeveer de helft van de tijdelijke tekorten opvangt.
De voorraadverplichting gaat gelden voor alle geneesmiddelen die op recept verkregen kunnen worden (UR-geneesmiddelen). De tweeënhalve maand voorraad bestaat uit het aanhouden van zes weken voorraad bij de handelsvergunninghouder en vier weken bij de groothandelaren. Het uitgangspunt van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) hierbij is dat zij een groot deel van de kosten zelf dragen, en dus in de inkoopprijzen van geneesmiddelen verwerken. Het ministerie zelf stelt ook publiek geld beschikbaar, zo’n 25 miljoen euro per jaar, voor het aanleggen van deze nieuwe ijzeren voorraden.
Met een verlaging van vijf maanden naar tweeënhalve maand voorraad komt het kabinet de Europese Commissie tegemoet. Die was kritisch op de effecten van een grote, Nederlandse voorraad op de beschikbaar van geneesmiddelen in andere landen. Eerder uitte de Commissie al zorgen over – minder vergaande – Franse plannen. De Commissie heeft de voorkeur voor een geharmoniseerde aanpak om voorraden aan te leggen. Eind dit jaar wordt nog een grote Europese studie verwacht naar oorzaken en oplossingsrichtingen van tekorten.
De KNMP omarmt de aanleg van een ijzeren voorraad per 1 juli, en ziet de voorraad-verplichting als één van de maatregelen om de geneesmiddelentekorten tegen te gaan. Patiënten, apothekers en andere zorgverleners ondervinden hier dagelijks enorme last van. Met het voorstel van vijf maanden voorraad zou naar verwachting 85 procent van de tijdelijke tekorten worden opgevangen. Met een verlaging naar tweeënhalve maand is dat nog de helft.
‘Graag gaan we met de staatssecretaris in gesprek over de gevolgen van deze kleinere ijzeren voorraad voor apothekers en patiënten’, aldus KNMP-voorzitter Aris Prins. ‘Naast de aanleg van deze voorraad dringen we aan om aanvullende maatregelen te nemen om geneesmiddelentekorten tegen te gaan. Denk daarbij aan het aanwijzen van meer leveranciers per voorkeursmiddel en het kostendekkend maken van bereidingen.’
Voormalig minister Bruins (Medische Zorg en Sport) maakte in 2019 zijn plannen bekend voor de aanleg van een ijzeren voorraad. Het onderzoeksbureau Gupta liet in een rapport zien dat met het aanhouden van een voorraad bij de handelsvergunninghouders en groothandelaren een groot deel van de tijdelijke tekorten wordt tegengegaan. Zorgverzekeraars en koepelorganisaties voor biosimilars en generieke geneesmiddelenindustrie Nederland (Bogin) en Generieke Leveranciers Nederland (GLN) startten begin 2021 een eerste pilot. Daarin is ervaring opgedaan met de opslag, financiering, maar ook de spillage van geneesmiddelen.