GGD-en hebben op verzoek van minister Van Ark (Medische Zorg) aangegeven de informatie-uitwisseling over de verstrekking van PrEP (pre-expositie profylaxe) verbeteren. Dat schrijft de bewindspersoon in brief aan de Tweede Kamer. Daarmee wordt een vervolg gegeven aan de oproep van de KNMP om de gegevensuitwisseling van de GGD-en naar de apotheken in lijn te brengen met de richtlijn medicatieoverdracht. PrEP-gebruikers kregen van hun GGD een brief mee om de apotheek te informeren. Dat wordt aangepast: bij toestemming van de cliënt volgt nu een versleuteld bericht.
In september 2019 is een vijfjarig programma van start gegaan waarbij GGD-en de PrEP-medicatie mogen aanbieden om hiv te voorkomen. Een paar maanden later bleek dat niet alle GGD-en de apotheek informeerden over het PrEP-gebruik van hun cliënten. Die problematiek leek in eerste instantie te worden opgelost door gebruikers een brief mee te geven. Dat zag de KNMP niet als een oplossing. Niet de patiënt, maar de voorschrijver en of verstrekker heeft de verantwoordelijkheid in het doorgeven van medicatiegegevens. Daarbij verwees de KNMP ook naar de herziene richtlijn ‘Overdracht van medicatiegegevens’ zoals die door het Zorginstituut in het Register is opgenomen.
Naar aanleiding van gesprekken tussen de KNMP, GGD-en en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) wordt de informatie-uitwisseling verbeterd door bij toestemming van de cliënt een versleuteld informatiebericht te sturen naar de apotheker.