Minister Kuipers (VWS) voelt de urgentie en de verantwoordelijkheid om ‘alles te doen’ wat in zijn macht ligt om de geneesmiddelentekorten waar mogelijk op te lossen en/of te voorkomen. De bewindspersoon gaat onder meer met zorgverzekeraars in gesprek over de effecten van het preferentiebeleid. Dat schrijft minister Kuipers in een brief aan de Tweede Kamer over de beschikbaarheidsproblemen van geneesmiddelen. Daarin deelt minister Kuipers de breed gevoelde zorgen van apothekers en -assistenten hierover. Naast het inzichtelijk maken van de problematiek richt de minister zich in de Kamerbrief op een aantal (nieuwe) oplossingsrichtingen.
De aanpak van minister Kuipers verloopt langs twee hoofdlijnen. Met de eerste hoofdlijn wil de minister meer regie nemen in de Nederlandse geneesmiddelenvoorziening. Er worden diverse acties genomen. Zo treedt de bewindspersoon in gesprek met zorgverzekeraars over de effecten van het preferentiebeleid. Volgens minister Kuipers neemt in de huidige geneesmiddelenmarkt het risico op nadelige neveneffecten toe. Verder wordt een nieuwe werkgroep opgericht waarin met relevante veldpartijen ‘concrete acties’ worden geformuleerd om de geneesmiddelenvoorziening robuuster te maken. “Denk aan afspraken over de inkoop van geneesmiddelen (inclusief het preferentiebeleid), over de distributievergoeding en over de allocatie van de loon- en prijsbijstelling”, aldus minister Kuipers. In deze nieuwe werkgroep krijgt de overheid een grotere rol. De minister streeft ernaar om voor de zomer met een voorstel te komen voor de te nemen acties.
Met de tweede hoofdlijn wil de bewindspersoon de productie- en toeleveringsketens van geneesmiddelen in Nederland weerbaarder maken. Zo schrijft minister Kuipers over het stimuleren van de ontwikkeling en productie in Nederland, bijvoorbeeld door een aantrekkelijk vestigings- en ondernemingsklimaat. Er wordt geïnvesteerd in publiek-private projecten, met zo’n 800 miljoen euro uit het Nationaal Groeifonds (NGF). Daarnaast zet het kabinet zich in Europees verband in op het verminderen van strategische afhankelijkheden als het gaat om medische producten. Dit wordt de ‘open strategische autonomie’ van de Europese Unie genoemd.
De Tweede Kamer debatteert op 22 maart over het geneesmiddelenbeleid. Richting dat Kamerdebat maakt KNMP-voorzitter Aris Prins een ronde langs de Tweede Kamerleden. In die gesprekken benadrukt de KNMP het belang van de (huidige) aanleg van de veiligheidsvoorraad (ijzeren voorraad), het moderniseren van het inkoopbeleid en productie dichtbij huis. Daar vallen ook de apotheekbereidingen onder.