Een jaargesprek is laagdrempeliger dan een medicatieboordeling. De nadruk ligt op praktische zaken waar de patiënt tegenaan loopt. Mensen die chronisch medicatie gebruiken, komen in aanmerking voor een jaargesprek. Friese apothekersassistenten voerden al zo’n 750 jaargesprekken uit.
“Uit elk jaargesprek komt wel een verbeterpunt naar voren”, zegt apothekersassistent Elvina Hoogeveen, werkzaam bij Pharmium apotheken in Drachten en omgeving. “Soms kun je iemand helpen met praktische zaken, zoals het vereenvoudigen van het innameschema, maar het gebeurt ook dat we voor een farmaceutisch inhoudelijke kwestie een apotheker inschakelen.”
Waar bij een medicatiebeoordeling kritisch wordt gekeken naar het geneesmiddelgebruik − of het conform de richtlijnen is en of nog een middel ontbreekt of moet worden toegevoegd −, is een jaargesprek laagdrempeliger. De nadruk ligt op praktische zaken waar de patiënt tegenaan loopt. “Het belangrijkste doel is op een proactieve manier geneesmiddelproblemen boven water te krijgen, waardoor deze kunnen worden verholpen en de therapietrouw verbetert”, aldus apotheker Corine Rollema van Pharmium Apotheken.
Proeftuinen
De jaargesprekken worden momenteel uitgevoerd in drie proeftuinen, waaronder proeftuin Friesland, waarbij de Pharmium Apotheken en apotheek de Drie Stellingen zijn betrokken.
Mensen die chronisch medicatie gebruiken, komen in aanmerking voor een jaargesprek. Stemt een patiënt in met een gesprek, dan wordt digitaal of ter plekke een afspraak ingepland. Als het lastig is om naar de apotheek te komen, kan het gesprek ook telefonisch plaatsvinden.
Hoogeveen: “We houden hierbij blokken aan van een half uur. In de praktijk duurt het gesprek gemiddeld zo’n vijftien à twintig minuten. De resterende tijd gebruiken we voor verslaglegging in het elektronisch patiëntendossier (EPD) en het regelen van mogelijke vervolgstappen, zoals het opstarten van de herhaalservice of het inplannen van een medicatiebeoordeling. Ook zetten we een reminder in het apotheekinformatiesysteem (AIS) om de patiënt het jaar erop opnieuw uit te nodigen.”
Mensen brengen op verzoek al hun medicatie mee. “Het voordeel hiervan is dat je meteen ziet hoeveel medicijnen iemand nog heeft. Stel dat hij van het ene middel nog één doosje heeft en van het andere medicijn nog vier, dan kan het betekenen dat de medicatie simpelweg niet gelijk loopt, wat we eenvoudig kunnen oplossen door het gelijk te trekken. Maar het kan natuurlijk ook wijzen op therapieontrouw”, zegt Rollema.
Mentaliseren
Inmiddels zijn in de Proeftuin Friesland zo’n 750 jaargesprekken gevoerd. Vanwege het grote aantal – er is ruimte voor dertig gesprekken per week − en de verdere opschaling die in het verschiet ligt, is dit een taak voor de apothekersassistenten. De assistenten die de jaargesprekken uitvoeren, ook wel de zorgassistenten genoemd, hebben vooraf een cursus mentaliseren gevolgd.
Hoogeveen: “Het idee hierachter is dat je leert open een conversatie in te gaan. Dus dat je nieuwsgierig bent naar wat degene tegenover je te vertellen heeft en niet vooraf je oordeel klaar hebt. Hierdoor kun je je beter inleven in de patiënt en diens emoties en gevoelens. De achterliggende gedachte is dat wanneer jij je zo opstelt, de patiënt zich op z’n gemak voelt om zijn problemen met je te delen.”
Tijdens een gesprek komt onder meer het actuele medicatieoverzicht aan bod en via de in de spreekkamer aanwezige computer kan het AIS worden geraadpleegd. Daarnaast ligt er een gespreksprotocol, zodat alle belangrijke punten aan de orde komen. “Hierbij kun je denken aan de ervaring die de patiënt heeft met het medicatiegebruik en mogelijke vragen. Zo bespreek ik hoe het gaat met het innemen van de geneesmiddelen, hoe iemand dat doet en op welke momenten van de dag, hoe hij ervoor zorgt dat het niet wordt vergeten en of hij ergens tegenaan loopt”, stelt Hoogeveen.
Ook wordt naar bijwerkingen gevraagd en komt aan bod op welke manier de apotheek kan helpen de medicatie goed in te nemen. Kan de apotheek bijvoorbeeld de logistiek vereenvoudigen door medicijnen in de afhaalautomaat te leggen of te bezorgen. “Bovendien kaart ik de mogelijkheid aan van de herhaalservice en, bij ordeningsproblemen, een medicijnrol”, aldus Hoogeveen.
Andere onderwerpen die bijna altijd de revue passeren, zijn het preferentiebeleid, geneesmiddeltekorten en nazendingen en mogelijke merk- en medicatiewisselingen die daaruit volgen.
Innamemomenten
“Het mooie is dat je door het jaargesprek voor iedereen wel iets kunt betekenen”, verzekert Hoogeveen. “Soms is het minimaal en heeft een patiënt alleen behoefte aan extra informatie in de vorm van een geprinte bijsluiter of een kleine, meer verduidelijkende aanvulling op de etikettekst op het medicijndoosje. Maar er zijn ook mensen die hun geneesmiddelen verspreid over de dag innemen, omdat ze denken dat het niet gelijktijdig mag en bij wie we het aantal innamemomenten kunnen reduceren van vier tot één of twee. Farmaceutische consulten en medicatiebeoordelingen kunnen eveneens een vervolgstap zijn.”
Een patiënt die Hoogeveen is bijgebleven, is een mevrouw die dagelijks achttien tabletten moest innemen. “Ondanks dat ze haar tabletten zelf netjes uitzette in een weekdoos, nam ze alles ’s ochtends tegelijk in. Inmiddels neemt ze haar medicatie, zoals voorgeschreven, op meerdere momenten in. En na overleg met de apotheker en arts, kon ze met een aantal pillen stoppen.”
Daarnaast komt in geval van inhalatiemedicatie ter sprake hoe iemand inhaleert. Daar valt vaak nog veel winst te behalen. “Ik zie dat mensen in het begin wel trouw bijvoorbeeld twee keer per dag de onderhoudsmedicatie inhaleren en dat sommigen ermee stoppen wanneer ze het idee hebben dat het wel goed gaat. Dat ze vervolgens vaker hun salbutamol nodig hebben, doet bij hen geen belletje rinkelen. In dat soort situaties kaart ik aan dat het belangrijk is om de onderhoudsmedicatie tweemaal daags te blijven gebruiken.”
Zichtbaarheid
De therapietrouw van bisfosfonaten blijkt eveneens een aandachtspunt. “Dit zijn typisch middelen die dikwijls worden vergeten. Mogelijk heeft het ermee te maken dat het vaak maar één keer per week hoeft, waardoor het minder routinematig is. Een andere verklaring zouden de specifieke innameadviezen van deze geneesmiddelgroep kunnen zijn”, zegt Rollema.
Een ander voordeel van het jaargesprek is volgens haar dat het de zichtbaarheid van de apotheek verbetert. “Hierdoor weten mensen wie we zijn en krijgen ze een beter beeld van wat we voor hen kunnen betekenen.” Dat patiënten je gaan herkennen, valt Hoogeveen ook op: “Het gebeurt regelmatig dat mensen die mij bij op jaargesprek zijn geweest, bij me aan de balie komen. Je merkt dat ze dan denken van ‘haar heb ik destijds gesproken’ en dat ze veel opener zijn en het sneller bespreken als ze ergens mee zitten. De jaargesprekken helpen bij het creëren van een vertrouwensband.”
Positieve ervaringen
Elvina Hoogeveen vindt de gesprekken een leuke aanvulling op haar reguliere taken. “Het zorgt voor afwisseling en bovendien is het een verdieping van je vak.” De patiënten ervaren de jaargesprekken als positief, is de ervaring van apotheker Corine Rollema. “Elke week verschijnt een nieuwsbrief over het reilen en zeilen van de proeftuin Friesland. Daarin staan altijd een paar reacties van mensen op het gesprek. Zo gaf pas iemand aan dat hij het fijn vond dat er tijd voor was en dat hij zich gehoord voelde. Bovendien kwamen de adviezen goed van pas. En een mevrouw die gebruikmaakt van de herhaalservice vond het fijn om wat langer te spreken over haar medicatie, zonder dat er een negatieve aanleiding voor was.”
Door Linda de Jonge